- Home
- Diergezondheid
- Dierziekten
- Brucella-abortus
Brucella abortus
Brucellose bij rundvee kan abortus in elk stadium van de dracht geven, doch meestal gebeurt dit in de laatste maanden van de dracht. Brucellose is een meldingsplichtige ziekte volgens de uitvoeringsverordening (EU) 2018 /1882 van Animal Health Regulation (AHR) (EU) 2016 /429). Voor meer informatie kijk op de site van NVWA.
Dierziekte informatie Brucella abortus
- Kiem en epidemoplogie
- Verschijnselen
- Diagnose
- Prevalentie
- Aanpak besmette bedrijven
- Preventie
- Regelgeving
- Volksgezondheid
- Websites en literatuur
De kiem
Brucella abortus is een klein facultatief intracellulair, aëroob, Gram-negatief staafje dat geen sporen vormt.
Epidemiologie
De bacterie Brucella abortus kan de gastheer op verschillende manieren infecteren. De besmetting via de bek wordt bij het rund als de meest aannemelijke weg beschouwd. Via het mondslijmvlies komen de kiemen in verschillende regionale lymfklieren terecht. Bij het ontstaan van een plaatselijke lymfadenitis worden veel bacteriën gevormd, die zich via het bloed door het lichaam verplaatsen. Brucella abortus geeft de voorkeur aan plaatsen als de baarmoeder, het uier of de gewrichtskapsels. Bij jongere, niet-drachtige dieren kan de bacterie latent in de lymfklieren aanwezig blijven. Indien een dergelijk latent geïnfecteerd dier drachtig wordt, kan de infectie zich alsnog door het lichaam verspreiden en de baarmoeder infecteren. Bij een drachtig rund kunnen de kiemen vanaf vier weken na infectie worden geïsoleerd uit de baarmoeder. Vanuit de bloedbaan dringen de bacteriën de vruchtvliezen binnen en veroorzaken daar een necrotiserende placentitis, met als gevolg het verwerpen van de vrucht. Indien geen abortus maar een normale geboorte optreedt, wordt de overdracht van Brucella abortus van moeder op kalf belangrijk geacht in verband met het ontwikkelen van dragerschap c.q. latente infecties. Deze dieren kunnen een groot probleem vormen bij de bestrijding van Brucella abortus. Dit omdat zij tot aan de tweede helft van de eerste dracht of zelfs tot de abortus serologisch negatief kunnen blijven met de gangbare diagnostische testen. Deze op jonge leeftijd geïnfecteerde dieren zouden verantwoordelijk kunnen zijn voor onverwachte uitbraken zonder recente contacten met geïnfecteerde koppels of aankopen. De incubatieperiode is 1 week tot 6 à 7 maanden (meestal 1 tot 2 maanden) of zelfs langer in bepaalde omstandigheden.
Het grootste risico voor verspreiding is een besmet aborterend rund. Andere risicofactoren voor verspreiding van infectie zijn boerderijhonden, ingevroren biest, kuil van besmet land en (diepvries)sperma.
Gevoelige diersoorten
Naast runderen kunnen ook andere herkauwers en de mens worden besmet.
Overleving
Brucella abortus overleeft lang buiten het dier in en op verschillende materialen.
Verschijnselen van brucella abortus
Verwerpen is het belangrijkste symptoom van brucellose maar de meeste geïnfecteerde dieren kalven rond de verwachte afkalfdatum af. In beide gevallen is er uitscheiding van de kiem.
Klinische verschijnselen
Bij het rund wordt brucellose veroorzaakt door Brucella abortus, bij schapen en geiten door Brucella melitensis en bij varkens door Brucella suis. Ziekteverschijnselen bij dieren zijn koorts, melkproductiedaling, abortus en onvruchtbaarheid. Brucella abortus veroorzaakt bij het rund een aandoening van de vruchtvliezen, met name van de cotyledonen, waardoor de voeding van de ongeboren vrucht wordt belemmerd en deze vroegtijdig wordt afgedreven en het rund zelf aan de nageboorte blijft staan. Bij het mannelijk dier kan ontsteking van de delen van het geslachtsapparaat optreden. Andere verschijnselen bij zowel vrouwelijke als mannelijke dieren zijn artritis, tendovaginitis en bursitis. Hoewel het uier wel wordt geïnfecteerd en de bacterie daarin ook aanwezig blijft, wordt het uierweefsel zelf niet aangetast.
Morbiditeit/mortaliteit
Afhankelijk van de immuunstatus van de koppel treden de ziektesymptomen op. In de Nederlandse situatie zijn alle dieren gevoelig voor infectie en treedt vaak abortus op. Aan de nageboorte staan en metritis zijn een gevolg van de abortus. Menginfecties na abortus geven zowel acute metritis, met septicaemie en sterfte als chronische metritis met steriliteit.
Uitscheiding van de kiem
De belangrijkste infectiebron voor een koppel is een aborterend rund. Dit dier scheidt grote hoeveelheden bacteriën uit met de vrucht, het vruchtwater, de vruchtvliezen en de uitvloeiing tijdens abortus of geboorte. Bloed en urine van een besmet rund kunnen de bacterie ook bevatten. Daarnaast wordt de bacterie in de melk en sperma uitgescheiden.
Differentiaaldiagnose
De differentiaaldiagnose voor brucellose omvat:
- Alle oorzaken van abortus in met name het laatste deel van de dracht.
- Een necrotiserende placentitis kan ook veroorzaakt worden door Bacillus licheniformis, Chlamydia, Q-fever en mycoplasma.
Diagnose van brucella abortus
Kliniek
In geval van verwerpen behoort Brucella in de differentiaaldiagnose te staan. Om die reden is bloedonderzoek van iedere verwerper in Nederland verplicht (drachtlengte tussen 100-260 dagen).
Laboratorium
Erkende nationale veterinaire laboratoria voor onderzoek op Brucella abortus zijn de laboratoria van GD en het WBVR (Wageningen Bioveterinary Research). Serologisch of bacteriologisch positieve monsters ten aanzien van Brucella abortus worden (ter bevestiging) altijd door het WBVR onderzocht (WBVR is referentielaboratorium). Latente infecties kunnen met de huidige testen niet worden opgespoord.
Pathologie
Een necrotiserende placentitis is een aanwijzing voor Brucella. De definitieve diagnose wordt gesteld met bacteriologisch onderzoek door het isoleren van de kiem. Daartoe worden de maaginhoud van de verworpen vrucht en de nageboorte bacteriologisch onderzocht.
Serologie
Voor het verplichte verwerpersonderzoek op Brucella abortus wordt de RBT test gebruikt. Voor exportonderzoeken en voor KI-dieren is daarnaast ook een complementbindingsreactie (CBR) en een ELISA beschikbaar.
Rose Bengal test (RBT)
De specificiteit van deze test is >99,5%, maar vanwege het hoge aantal geteste monsters komt een niet-negatieve uitslag af en toe voor. Bij een niet-negatieve uitslag wordt het bloedmonster door GD doorgestuurd naar het WBVR (referentielaboratorium) voor confirmatie; hier worden dan nogmaals een RBT test, maar ook een CBR (Complement Bindings Reactie) test en een ELISA uitgevoerd.
PCR
Specifieke DNA-methoden zoals de polymerase ketting reacties (PCR) hebben een grote sensitiviteit en specificiteit.
Prevalentie van brucella abortus
Nederland
Nederland is sinds 1999 officieel vrij van Brucella abortus.
De bewaking van de brucellose-vrij status gebeurt sinds 2004 uitsluitend door bloedonderzoek bij verwerpers.
Ziektestatus andere landen
Brucellose of besmettelijk verwerpen is een ziekte die wereldwijd voorkomt bij herkauwers en varkens. Enkele landen in West- en Noord Europa, Canada, Japan, Australie en Nieuw Zeeland zijn vrij van Brucella.
Aanpak besmette bedrijven
Status
Nederland heeft sinds 1 augustus 1999 de officiële brucellose-vrij status verkregen van de Europese Unie (EU). Daardoor is ieder bedrijf in Nederland ook officieel brucellose-vrij, totdat het tegendeel vermoed of bewezen wordt. Een vermoeden van brucellose ontstaat wanneer een koe heeft verworpen. Om die reden dient bloed van iedere verwerper te worden ingestuurd. Als bij onderzoek antistoffen worden aangetoond, wordt het bedrijf brucella-verdacht en wanneer bij nader onderzoek de bacterie wordt aangetoond, wordt het bedrijf brucella-besmet. Nederland behoudt de brucellose-vrij status zolang het verdachte of besmette bedrijf blijft ingesloten en niet meer dan 0,2% van de Nederlandse bedrijven verdacht/besmet is.
Bestrijding
De NVWA is uitvoerder van de brucellabestrijding. Dit betreft zowel verdachte bedrijven als besmette bedrijven. Dit kan bestaan uit opsporen en afvoeren van verdachte en besmette dieren, maar betreft ook reiniging en desinfectie van de omgeving en de bestrijding van ongedierte op het bedrijf.
Vaccinatie/Antibiotica
Vaccinatie en antibiotica worden in de bestrijding van Brucella binnen Nederland niet toegepast.
Preventie van brucella abortus
Nederland is vrij van Brucella abortus. Er gelden landelijke maatregelen om te voorkomen dat de ziekte terug kan keren in ons land.
- Dieren en producten van dierlijke oorsprong mogen alleen in de EU geïmporteerd worden met geldige gezondheidscertificaten.
- Screening van verwerpers en vroeggeboorte.
Iedere veehouder is verplicht om van runderen die verwerpen/ meer dan drie weken te vroeg kalven voor zover de dracht meer dan honderd dagen is gevorderd, binnen zeven dagen een bloedmonster te laten nemen door de dierenarts. De kosten voor de visite en monstername door de dierenarts worden vergoed. Het rund mag pas afgevoerd worden nadat een gunstige uitslag van het bloedonderzoek bekend is.
In landen waar Brucella endemisch voorkomt wordt vaccinatie genoemd als een van de belangrijkste preventieve maatregelen. Vaccinatie is in Nederland niet toegestaan.
Regelgeving
De dierziekten in de Europese Diergezondheidsverordening zijn ingedeeld in de vijf categorieën A, B, C, D en E. Voor alle ziekten uit deze categorieën geldt een meldingsplicht, voor de ziekten uit categorieën A en B geldt daarnaast ook een bestrijdingsplicht. Brucellose valt in de categorieën B, D en E is een meldingsplichtige ziekte volgens de uitvoeringsverordening (EU) 2018 /1882 van Animal Health Regulation (AHR) (EU) 2016 /429). Voor meer informatie kijk op de site van NVWA.
Volksgezondheid
Brucellose is een zoönose. Mogelijke infectiewegen zijn percutaan, conjunctivaal, via slijmvliezen en oraal. In Nederland worden sporadisch gevallen van menselijke besmettingen met Brucella gemeld; meestal na bezoek aan het buitenland of door consumptie van rauwmelkse zuivelproducten afkomstig uit het buitenland. In Nederland zijn er jaarlijks gemiddeld 4 meldingen per jaar van patiënten met Brucellose.
Brucellose geeft bij de mens vaak een niet-specifiek klinisch beeld en een veelheid aan klachten. De incubatieperiode is wisselend (een à drie weken tot verscheidene maanden) en zeer moeilijk te bepalen. Het begin van de ziekte kan acuut (in veertig procent van de gevallen) of sluipend zijn. Algemene klachten zijn: koorts, malaise, vermoeidheid, koude rillingen, zweten, uitputting en vaak ook spier- en gewrichtspijn, hoofdpijn en gebrek aan eetlust. Gedurende twee tot drie weken treden koortsperioden op, afgewisseld met koortsvrije perioden. De ziekte kan mild verlopen, maar ook fataal zijn. De letaliteit wordt geschat op twee procent, zonder behandeling. De meeste patiënten herstellen tegenwoordig geheel na behandeling met antibiotica. Met name personen die in nauw contact komen met geïnfecteerde dieren, bijvoorbeeld slachthuispersoneel, lopen een verhoogd besmettingsrisico. Maar ook consumptie van ongepasteuriseerde melk of melkproducten tijdens buitenlandse reizen is een risicofactor. Ook laboratoriumpersoneel dat met besmet materiaal in contact komt, loopt een risico. Bij klachten dienen de betreffende personen te worden doorverwezen naar de huisarts met een duidelijke anamnese.
De voorgeschreven werkinstructies ten aanzien van hygiëneregels bij bedrijfsbezoeken en persoonlijke beschermingsmiddelen dienen in acht genomen te worden. Om het risico van een besmetting te verkleinen is het belangrijk hygiënisch te werk te gaan bij contact met zieke dieren. Als men helpt bij de verlossing van een dood kalf of lam doet men er verstandig aan lange plastic handschoenen te dragen. Na contact is het van groot belang om de handen goed te wassen en te desinfecteren. Omdat de meeste abortusverwekkers een risico inhouden voor zwangere vrouwen, dienen zij bij alle gevallen van abortus extra voorzichtig te zijn.
Websites en literatuur
Websites
- https://www.nvwa.nl/onderwerpen/brucellose-bij-vee
- https://www.woah.org/en/disease/brucellosis/
- https://www.gov.uk/guidance/brucellosis
- https://www.rivm.nl/brucellose
- https://www.dgz.be/ziekten/brucellose
- https://www.favv-afsca.be/dierengezondheid/brucellose/
Literatuur
- Abernethy DA, Pfeiffer DU, Watt R, Denny GO, McCullough S, McDowell SW. Epidemiology of bovine brucellosis in Northern Ireland between 1990 and 2000 Vet Rec. 2006 May 27;158(21):717-21. Special Issue Brucellosis Veterinary Microbiology 90 (1-4) 1-604 (2002). ISSN 0378-1135
- Advancement of Knowledge of Brucella Over the Past 50 Years S. C. Olsen and M. V. Palmer Vet Pathol published online 30 June 2014 DOI: 10.1177/0300985814540545
- Bovine Brucellosis: Epidemiology, Public Health Implications, and Status of Brucellosis in Ethiopia Dereje Tulu Veterinary Medicine: Research and Reports 2022:13 21–30