Zoomfunctie

Moeite met het lezen van de tekst? Vrijwel alle populaire browsers geven u controle over hoe groot websites worden weergegeven.

  • Windows
    Mac OS
  • Zoom in
  • Zoom uit
  • Zoom 100%
  • Muiswiel op / neer

Westnilevirus (WNV) is al langer aanwezig in Zuid- en Oost-Europa en heeft zich inmiddels verspreid naar Centraal- en Noordwest-Europa, inclusief Duitsland, België en Nederland. Het testen van paarden met verschijnselen passend bij een infectie met het WNV (zoals koorts, slecht eten, spiertrilling en verlamming) is onderdeel van de monitoring in Nederland. Het geeft belangrijke informatie over het voorkomen en de verspreiding van het virus. Sinds 2018 monitort een multidisciplinaire werkgroep de situatie in Nederland. Dierenartsen kunnen tijdens het vectorseizoen (mei–november) (via dit inzendformulier) kosteloos serummonsters insturen van paarden met neurologische symptomen. Deze monitoring is gericht op vroege opsporing en preventie van verdere verspreiding.

Het Westnijlvirus (WNV) wordt verspreid door trekvogels en via muggen overgedragen op mensen en paarden. Paarden en mensen zijn eindgastheren: ze raken besmet, maar dragen het virus niet verder over. Besmetting tussen paarden en mensen is dus niet mogelijk. Bij paarden verloopt een infectie meestal zonder duidelijke symptomen. Soms treden milde klachten op, zoals koorts en sloomheid. In ongeveer 10% van de gevallen ontstaan neurologische symptomen, waaronder ataxie, spiertrillingen en verlamming. Ernstige gevallen kunnen leiden tot euthanasie. Jaarlijkse vaccinatie biedt bescherming.

WNV is een meldingsplichtige zoönose. Zie voor meer informatie over meldplicht Westnijlvirus | NVWA. Een besmetting bij een paard heeft geen directe gevolgen voor dat dier of bedrijf, maar dient als signaal voor de volksgezondheid. Wel kunnen er exportbeperkingen ontstaan richting derde landen.

 

Tijdlijn WNV nieuws in Nederland

  • Paard vertoonde neurologische verschijnselen zoals ataxie en spierzwakte, en is inmiddels herstellende. Dit betreft een ander paard dan het geval van 9 oktober.
  • Onderzoek uitgevoerd door Gezondheidsdienst voor Dieren en Wageningen Bioveterinary Research op een bloedmonster ingezonden door een private dierenarts.
  • Infectie officieel bevestigd op basis van een monster genomen door de NVWA.
  • Er is een officiële WOAH melding gedaan. 

  • Paard vertoonde neurologische verschijnselen passend bij een WNV-infectie.
  • Onderzoek uitgevoerd door Gezondheidsdienst voor Dieren en Wageningen Bioveterinary Research op een bloedmonster ingezonden door een private dierenarts.
  • Bloedmonster doorgestuurd naar Europees referentielaboratorium in Frankrijk, dat besmetting met WNV bevestigde.
  • Geen officiële melding bij de Wereldorganisatie voor diergezondheid (WOAH) omdat er geen monster volgens de officiële richtlijnen kon worden afgenomen van het betreffende paard. 

  • Mug werd gevonden tijdens een doorlopend onderzoeksproject naar virussen bij muggen in Nederland. 
  • Positief geteste mug was een Culex pipiens/torrentium mug (gewone steekmug), gevangen rond 5 september 2025 (bron: Actualiteiten over westnijlkoorts | RIVM)
 

Nieuws en updates

Meer informatie en handige links
Op zoek naar meer informatie over het westnijlvirus? Hier vind je de dierziekte informatie van GD andere relevante informatie. 

Veelgestelde vragen over het westnijlvirus (WNV) bij paarden

Tekst: Eva Dieterman (Royal GD), Heather Graham (WBVR), Linda van den Wollenberg (Royal GD).

De uitsluitingsdiagnostiek die GD uitvoert in het kader van syndroom surveillance vanuit een ministeriële financiering is specifiek bedoeld voor paarden met neurologische verschijnselen.

Indien het uitsluiting betreft en dus geen verdenking, zonder dat er neurologische verschijnselen aanwezig zijn (bijvoorbeeld een paard met onbegrepen koorts), kan ook via een reguliere aanvraag WNV-diagnostiek worden uitgevoerd.

Bij een verdenking van WNV dient de NVWA (NVIC) gebeld te worden. Op de website van de NVWA is meer actuele informatie te vinden over de meldplicht: www.nvwa.nl/onderwerpen/westnijlvirus 

Paarden kunnen het beste gevaccineerd worden in het vroege voorjaar, 4-6 weken voordat het muggenseizoen begint. Er zijn in Nederland drie voor het paard geregistreerde vaccins op de markt. De eerste keer moeten paarden tweemaal gevaccineerd worden met 4 tot 6 weken tussenruimte, gevolgd door jaarlijkse hervaccinaties. Er mag een goede klinische bescherming verwacht worden.

Naast vaccinatie kunnen preventieve maatregelen worden toegepast om muggenactiviteit in de omgeving en rondom het paard te beperken.

Wat betreft de omgeving geldt: voorkom stilstaand water in de omgeving van de stal, ververs regelmatig water in drinkbakken en andere waterreservoirs, dek regentonnen af met horrengaas of een deksel, let op voorwerpen waarin water kan verzamelen.

Wat betreft het paard geldt: Gebruik muggenwerende producten of vliegendekens, beperk de muggenactiviteit in de stal door ventilatoren en stal paarden op vóór zonsondergang/-opgang.

Een recente infectie met het Westnijlvirus (WNV) wordt het best aangetoond via IgM-antistoffen in het bloed met een IgM-ELISA. Omdat het virus zelf nauwelijks aantoonbaar is bij paarden, is serologisch onderzoek essentieel. IgM-antistoffen zijn slechts kort na infectie aanwezig. De ELISA kan vals-positieve resultaten geven door kruisreacties met andere flavivirussen, zoals usutuvirus en tekenencefalitis virus. De serumneutralisatietest (SNT) biedt dan uitkomst, omdat die specifiek onderscheid maakt tussen verschillende flavivirus-antistoffen. Voor beide tests wordt serumbloed gebruikt.

Ja, er zijn op dit moment geen DIVA (Differentiating Infected from Vaccinated Animals) testen op de markt. Diagnostiek is gebaseerd op aantonen van antistoffen, waarbij onderscheid kan worden gemaakt tussen IgM en IgG antilichamen. Zowel in geval van acute infecties als recente vaccinaties kunnen IgM antilichamen worden aangetoond. Daarnaast kunnen bij minder recente infecties of vaccinaties IgG antilichamen worden aangetoond. Wanneer met zekerheid kan worden gesteld dat een paard níet recent gevaccineerd is tegen WNV, is het aantonen van IgM antilichamen bevestigend voor een acute infectie. Gepaarde sera zijn dan niet nodig. 

Oude browser

We zien dat u gebruik maakt van een verouderde browser. Niet alle onderdelen van de website zullen daardoor goed functioneren. Download nu de laatste versie van uw browser om veilig te kunnen surfen.